“Zelfconcept tegenover Zelf”. (Eciw.T.31.V.).
In een vorig artikel van mij over de meerwaarde van het ego voor je spirituele bewustwording, zie ik dat in de cursus een vergelijkbaar item aangereikt wordt in hoofdstuk 31 “De Eindvisie”, waarin eveneens wordt uiteengezet hoe we een ‘eigen zelf’ maken dat losstaat van wie wij in de werkelijkheid zijn, louter geest, dan wel Zoon van God.
Opnieuw wil ik in dit artikel dit proces gaan aanreiken hoe dit vanuit de cursus beschreven wordt, doch tevens om opnieuw te benadrukken hoe het ontwikkelen van de ego-identiteit zo een belangrijk ‘element’ vormt en een grote rol speelt in ons transformatie- en bewustwordingsproces op Aarde. Het is dus geen ‘foutje’ maar een onmisbaar element in onze ontwikkelingsweg op Aarde waarin we gaan vanuit illusie naar Waarheid, en waarin je lichaam een leer- en communicatie middel is.
We ‘scheiden ons’ ogenschijnlijk af van Wie we in de Werkelijkheid zijn om door middel van dit aardse proces in de vorm, met al zijn tegenstellingen van Goed en kwaad, in een wereld van illusies en angst als ogenschijnlijk tegendeel van Liefde, weer terug te keren om in contact te komen met het Christus bewustzijn op Aarde, waarin je in Eenheid bent verbonden met alles wat IS.
Hieronder wil ik gaan beschrijven hoe ‘stapsgewijs’ dit proces in de aardse praktijk plaatsvindt.
Het zelfconcept.
Het woord concept zegt het al, we maken een concept of voorstelling hoe wij onszelf in de wereldse realiteit ‘zien’ en willen handhaven. De cursus geeft aan dat we een beeld maken dat in het geheel geen gelijkenis heeft met wie jij in de Werkelijkheid bent, het is , zoals de cursus zegt, een afgod en komt in de plaats van wie jij in de werkelijkheid bent, een louter geestelijk wezen, in Eenheid verbonden met God.
Het wordt gemaakt om twee doelen te dienen, waarvan, en dat is opmerkelijk, de maker van het concept er slechts één herkennen kan, namelijk:
1. Het gezicht van onschuld.
Een gezicht van onschuld, waarmee je jezelf wil handhaven in de wereld, is dat wat glimlacht en bekoort en “ lijkt lief te hebben”, het zoekt ‘metgezellen’ en kijkt soms met meegevoel naar het lijden en brengt af en toe vertroosting. Het ziet zichtzelf als ‘goed’ te midden van een slechte wereld.
Het veroorlooft zich kwaad te mogen worden, want volgens zijn overtuiging wordt er hem wat aangedaan door de wereld ‘die niet bij machte is de liefde en beschutting’ te bieden die de ‘onschuld’ verdient. Zo voelt hij zich vaak slachtoffer en zich afgewezen in zijn ‘edelmoedigheid’ en goed willen zijn voor de wereld.
Voorts zal hij zelf niet in de aanval gaan, maar wordt hij wel elke dag geïrriteerd door talloze kleinigheden en aanslagen op zijn onschuld en dit zet hem tenslotte aan tot openlijke belediging en geweld.
Eveneens zal hij een aanval als zelfverdediging zichzelf wel te kunnen veroorloven, want de wereld is niet zachtzinnig tegenover zijn ‘ weerloze onschuld’.
Wat echter niet herkend wordt door de ego-persoonlijkheid is het volgende:
2. De verdrongen angst en zelfveroordeling.
Verborgen onder dit mooie plaatje van de weerloze onschuld, zit een verdrongen angst en een zelfveroordeling die geprojecteerd wordt naar de ‘buitenwereld die ‘hem’ zegt: ik word door de wereld afgewezen en jij doet mij dit aan. In feite wordt door deze verdringing van jouw persoonlijke zelfveroordeling, de ander ‘veroordeelt’, want die doet jou dit aan, zoals de cursus zegt; “je beschuldigende vinger wijst naar hem, priemend en dodelijk”(Eciw.T31.V.6.4.)
Wat de ego-persoonlijkheid niet ziet is dat deze vinger evengoed naar zichzelf wijst, maar dat wordt ‘onder het gezicht van de onschuld’ nog ‘dieper’ verdrongen. Vanuit dit mechanisme of zelfconcept wordt er een systeem in standgehouden, waarin de ander ‘de schuldige’ is en jouw geen blaam treft. Hierin wordt waar, wat de cursus aangeeft dat projectie waarneming maakt.
De omslag om los te komen van dit zelfconcept.
In de cursus wordt een betoog aangereikt waarin geschetst wordt hoe je dit zelfconcept kunt doorbreken en ongedaan kunt maken. Hiervoor heb je de hulp van de innerlijke leiding van de Heilige Geest nodig en Deze is werkzaam op die twee niveaus van zowel het ego-bestaan als met de Waarheid. Hierdoor maak je dus een belangrijke stap om je niet meer te laten leiden door het ego-denken, maar dat je bereid bent om te gaan luisteren naar de Heilige Geest.
Aangereikt wordt dat de Heilige Geest wil voorkomen dat de persoonlijkheid in paniek raakt door hem zijn ‘identiteit’ af te nemen, daarvoor wordt er ‘stapsgewijs’ een besef aangereikt om anders naar jezelf en naar je broeder te leren kijken.
In dit leerproces is een belangrijke stap dat je gaat zien dat jij dit concept zelf hebt ‘bedacht’, ofwel dat je gaat inzien dat jouw ‘denken’ en de keuzes die jij hebt gemaakt, te maken hebben met hoe jij de wereld en omstandigheden waarin jij hebt geleefd, deze interpretaties of projecties mogelijk hebben gemaakt.
Het vergt echt een ‘bewustwordingsstap’ om die omslag in het ‘denken’ te maken, dat is wat in de cursus de onjuiste gerichtheid van het denken naar een juiste gerichtheid van het denken wordt genoemd. Het gaat om verantwoordelijkheid nemen voor hoe jij ‘denkt’ en deze gedachte voor ‘waarheid’ te hebben aangezien.
In het ‘ontvouwen’ van de verdrongen zelfveroordelingen en het herkennen van de projectie in de waarneming van jouw realiteit, is er een ‘ongemakkelijke fase’ te zien bij beide ‘partijen’ dus zowel bij jou als bij je broeder, als je gaat zien dat je elkaar hebt beschuldigd van een veroordeling, terwijl hij in feite jou een spiegel voorhield om jouw veroordeling in jezelf te herkennen en te erkennen.
Het gaat er nu hier om te gaan doorzien dat je in een wederzijds spel betrokken bent dat je beide uitspeelt, dit is hoe het leren in de wereld, ofwel bewustwording in de wereld plaatsvindt, vanuit een Zielenplan dien je elkaar in dit bewustwordingsproces en dan kom je er niet uit als je ‘blijft hangen’ in dit concept van een ‘schuldige wereld’. De cursus zegt hierover “Zoek jouw Zelf niet in symbolen. Er is geen concept mogelijk dat kan staan voor wat jij bent” (Eciw.T.31.V.15)
De cursus reikt aan dat dit proces van ‘ontrafelen’ van je zelfconcept geruime tijd in beslag zal nemen en dat je mag gaan zien, dat de greep die het ‘leren-in-wereld- op jouw denken’ heeft, geleidelijk aan kracht en input verliest, waarin vertrouwen en overgave en geduld een belangrijk element is, waardoor die ‘greep’ of gehechtheid, uiteindelijk verdwijnen zal.
In dit déconditioneringsproces is de volgende stap cruciaal;
“Het herkennen van de geest” (Eciw.T.31.VI.).
In dit proces van ‘ontleren’ of déconditioneren van je denkgeest wordt er een grote stap gemaakt als je gaat zien dat jij niet het lichaam bent, maar louter geest. Of zoals de cursus zegt “Je ziet het vlees of herkent de geest”(Eciw.T.31.VI.1.)
Deze stap komt vooral voort als je vanuit je bewustwordingsproces contact hebt gemaakt met je Innerlijke Stem van je Hart, ofwel met de Heilige Geest en geleerd hebt steeds opnieuw te gaan luisteren en vergeving toe te passen, waarin je gaat ‘doorzien’ dat ‘ wat jij hebt gedacht dat jouw broeder jou heeft aangedaan niet heeft plaatsgevonden’. Ofwel, dat je gaat zien dat in plaats hiervan jou een les wordt aangeboden. Je hebt vergist, want op het niveau van Wie je Werkelijk bent vindt het niet plaats. Je speelt echter een spel samen met jouw geestverwanten, waarin de Aarde met al zijn tegenstellingen een optimale leerweg biedt tot Inzicht
Het loskomen van dit oude paradigma van een ego-persoonlijkheid te zijn verbonden met een lichaam is een hardnekkige ‘gedachte’, waarin op een gegeven ogenblik je zelf in een stadium komt van ‘niet meer te weten wie of wat je in feite bent’ ofwel een gevoel van ‘leegte of niet weten’. Met als gevolg weer ‘terugvallen’ in je oude patroon, omdat dit ‘ houvast’ gaf en geeft.
Deze vertwijfeling is echter juist een ultiem moment waarin verlossing wordt geboren. Of, zoals de cursus ons aanreikt ”En wat jij bent zal jou over Zichzelf vertellen” (Eciw.T.31.V.17.9).
Het gaat namelijk om het ‘besef’ dat je steeds opnieuw een keuze hebt, te kiezen voor het lichaam of te luisteren naar je geest, naar je Hart. Waarin je gaat zien dat je op Aarde steeds die keuze hebt om te zien dat je op die ‘twee niveaus aanwezig bent’, enerzijds met je lichaam dat je ‘kan zien’ met de ogen van het lichaam en anderzijds een verbonden ‘voelen’ met het Innerlijk Zelf, ofwel met de Stilte van je Hart en Vrede.
“De visie van de verlosser”(Eciw.T.31.VII)
De cursus reikt hierin aan hoe je uit die warboel van het zelfconcept kan geraken doordat jij gaat zien dat je altijd ‘vergezeld’ wordt door je verlossers. Er is geen toeval, altijd wordt je omringd door personen en omstandigheden die jou optimaal aanreiken waar jij ‘waarde’ aan hecht, ofwel wat jij denkt ‘nodig te hebben‘ voor jouw ‘zelfconcept’ of ego-identiteit, en in deze keuze gaat ‘doorzien’, waarin jouw broeder weerspiegelt wat jij in jezelf veroordeelt. Zoals het in Handboek voor Leraren wordt aangereikt; “Maar allen die elkaar ontmoeten zullen elkaar weer eens ontmoeten, want het is het lot van alle relaties om heilig te worden. God vergist zich niet in Zijn Zoon”(Eciw.H.3.4.6).
Dit kan een buurman zijn, een kind of je partner. Steeds opnieuw sta je voor deze keuze, kies ik voor de aanval of oordeel of zie ik wat er aan mij wordt aangereikt als zijnde mijn eigen veroordeling in plaats van wat ik hen ‘toedicht’. Of, om het in cursus termen aan te geven: ‘kies ik voor de hel of voor de Hemel’.
Zo is er ook geen toeval in jouw gehele ervaringsweg hier op Aarde, vanaf je geboorte tot aan je dood, is er een Zielen plan gaande, waarin je door allerlei ervaringen heengaat, met al zijn verschillende ‘ identiteiten’ zoals kleuter, jong volwassen en volwassen. Met al die processen die daarin plaatsvinden, in jouw carrière, je huwelijk, scheidingen, crises, heftige veranderingen in je leven, pijnlijke processen, ziekte, geweld etc., . Daarnaast ‘plakken’ we onszelf, maar ook anderen allerlei ‘etiketten’ op, geënt op maatschappelijke en sociale identiteiten, zoals man, vrouw, homo, allochtoon, blank, racist, elite, arbeider, werkeloos, gepensioneerd, etc., etc., Deze zijn allen gevormd vanuit vooroordelen en geven je een maatschappelijke status of juist niet.
De wereld van de vorm heeft geen betekenis
Elke keer dat er pijn is in jouw leven, wordt je ‘geraakt’ door deze etikettering, of deze vooroordelen, waar het uiteindelijk omgaat is dat we gaan doorzien dat pijn een oproep vormt voor kies ik voor het oordeel of kies ik voor de Waarheid die mij aangeboden wordt vanuit de Stille Vrede van mijn Hart, oftewel dat je gaat zien dat de wereld van de vorm geen betekenis heeft en is steeds weer opnieuw de vraag; ben ik bereid ‘het anders te gaan zien’, of zoals de cursus ons deze Waarheid aanreikt:
“Ik ben zoals God mij geschapen heeft. Zijn Zoon kan niet lijden. En ik ben Zijn Zoon.”. (Eciw.T.31.VIII.5.2.)
Deze Visie vergezelt ons Altijd en naarmate je steeds opnieuw bereid bent deze Waarheid te leven en te volvoeren zal je je in je leven steeds meer gedragen voelen door de Stille Liefde in je Hart en in Eenheid verbonden voelen met alles wat IS, doordat je in contact gekomen met het Christusbewustzijn. Dan vindt er plaats wat als laatste zin van het Tekstboek van de cursus wordt aangereikt: “Want we zijn aangekomen waar wij allen één zijn, en wij zijn thuis, waar U wilt dat wij zijn.”(Eciw.T.31.VIII.12.8)