Jezus benadrukt in de Cursus steeds opnieuw dat we in een
spel bezig zijn, met dit soort ludieke omschrijvingen van het menselijke proces
op Aarde, plaats Hij al onze wederwaardigheden in een speels licht. We gaan
ogenschijnlijk door moeilijke, pijnlijke ervaringen heen, van lijden, geweld en
macht en dit alles – als je het vanuit de Werkelijkheid beschouwd- lijkt
afschuwelijk, maar is een spel, waar we ‘ vergeten zijn om te lachen’.
Het is, zolang je je zelf identificeert met je lichaam, c.q.
je ego-persoonlijkheid, niet te verteren dat al je ‘gedoe’ hier op Aarde als
een spel wordt weggezet. Dat kan toch niet waar zijn ?
En toch is dit de Werkelijkheid, de waarheid waar we ons in bevinden.
De essentie van de cursus laat dit zien,
namelijk ‘ vergeving ziet in dat wat ik
dacht wat mijn broeder mij heeft aangedaan niet heeft plaatsgevonden’ . Dat wat
ik in wezen ben kan niet gekwetst, noch geraakt worden. Ik ben louter Geest,
Liefde en niet het lichaam, dan wel deze persoonlijkheid. De afscheiding van
God, van Liefde heeft nooit en kan nooit plaatsvinden.
Het Heilig Ogenblik en de Heilige Relatie vallen
samen.
In feite is er geen moment dat we niet verbonden zijn met
onze naaste, met alles wat is.
Daarvoor hoeven we niets te doen, de cursus roept daar ook
toe op om niet iets te doen om in Liefde verbonden te zijn met onze broeder.
Het lijkt, als we nog vanuit het ego-bewustzijn in het leven staan, een hele
stap om dit te kunnen bereiken, echter er wordt niets van je gevraagd, ofwel
een offer hoef je niet brengen, uitsluitend de gedachte op te geven dat er
‘buiten’ jou iets is, die je gelukkig kan maken. Er is niets buiten je, behalve
de ogenschijnlijke veelheid van een materiële wereld, waar wij betekenis aan
(kunnen) geven. Want daar ben je vrij in en zo lang je ervoor kiest dat je iets
nodig hebt van buiten je, dan ben je verwikkeld in een afhankelijkheid- en
machtsbehoefte, wat lijden, pijn en onvrede, met zich meebrengt.
In deze tekst wil ik deze gedachte verder uitwerken.
Vanuir de wereld van lichamen, door krankzinnigheid
gemaakt (Eciw.T.H.18.IX.3.1).
Jezus gebruikt in de cursus dit soort uitspraken om aan te
duiden wat in Zijn ogen de ego-wereld inhoudt. Een wereld van waanzin. Vanuit
onze ego-wereld gezien zijn dit nogal heftige uitspraken, maar in de
Werkelijkheid is dit echt de waarheid. We identificeren ons, vanuit ons
ego-bewustzijn, met een lichaam, die zolang het zijn functie vervuld op Aarde
optimaal is, echter het is louter een leermiddel en heeft verder geen
betekenis, net zoals de gehele wereld van de vorm. Zolang we ons vergissen in
de ware betekenis van het lichaam en dit als onze identiteit zien, leven we in
wereld van pijn en lijden, waarin ‘geluk’ afhankelijk wordt gesteld van
buitenaf gestelde doelen en verlangens.
In deze tekst wil ik deze illusie opnieuw gaan belichten en
hoe wij in ‘twee werelden’ (Eciw.T.18.1.) leven.
Als je hier opnieuw incarneert, kom je hier met een scenario
/ blauwdruk of Goddelijk Plan om in dit
leven bepaalde thema’s waar je jezelf nog niet heel in acht, onder ogen te
zien.
Je komt met een verlangen hier op Aarde om te leren bepaalde
zaken anders te willen gaan zien. Je zou kunnen zeggen, je wordt geboren met
een rugzakje vol met oordelen die je hebt opgebouwd uit vroegere ervaringen uit
andere levens op Aarde. De CIW zegt, de geboorte is een vervolg.
Om dit proces van heelmaking of vervolmaking zo optimaal
mogelijk te maken, word je geboren in omstandigheden die voor jou het meest
passend zijn om die items die je in dit leven onder ogen wil zien, jezelf
bewust te maken.
In 1992 kwam ik in contact met de cursus, toen nog in het
Engels. Ik werd erdoor geraakt en ben er mee begonnen, ik kan redelijk goed
Engels lezen, maar toch bleef dat een handicap om het goed te ‘leren’ Ik vond het echt fijn toen de cursus eind
’99 vertaald was en ik er echt mee aan de slag kon.
Nu, kan ik zeggen dat ik een redelijk geoefende leerling van
de cursus ben. Wat ik in deze tekst wil gaan doen is om een soort ‘handleiding’
te gaan schrijven over het toepassen van de cursus, want in de loop van mijn
eigen leerproces heb ik gezien hoe lastig het is om de cursus in zijn essentie
, altijd weer en echt toe te passen.
Het vraagt van je dat je je gehele geconditioneerde
levenspatronen van je manier van leven als ego-persoonlijkheid onderzoekt en
bereid bent om dit los te laten en over te geven aan je Innerlijke Leiding om
te ontdekken dat dit jouw Ware Wezen, of Ware Natuur is. Uiteindelijk ga je dan
zien dat je in wezen niets hebt opgegeven en alles hebt ‘gewonnen’.
Hieronder zet ik, voor zover mogelijk, een aantal aspecten
op een rijtje die ‘aan bod’ komen als
met de cursus aan de slag gaat en wil toepassen.
We gaan hier op Aarde door de dualiteit heen en vandaaruit ‘leren’
we om uiteindelijk terug te keren naar onze Ware Natuur. Dan heb je je missie
voltooid en heb je de verbinding met het Goddelijke in het menselijke voltooid.
God en Mens in Een.
Het woord dualiteit zegt het al, we leven in een wereld van
tegenstellingen, alles wat we hier op Aarde ervaren heeft een tegendeel, dat
uit zich het best in termen van goed en kwaad, wit en zwart, dag en nacht, het
mannelijke en het vrouwelijke, ontvangen en geven, etc.
Wat we ons in eerste instantie niet beseffen is dat deze
wereld van tegenstellingen optimaal is voor
onze leerweg om bewust te worden van onze vergissingen. Je zou kunnen zeggen
dat de dualiteit fungeert als een spiegel waarin we onze ‘fouten’ kunnen
herkennen.
Dit gaat niet van de ene op de andere dag. Er gaan soms vele
jaren van pijn, strijd en gedoe aan vooraf voordat we bereid zijn om anders
naar onze werkelijkheid te kijken. Als we bereid zijn om te leren luisteren
naar onze Innerlijke Stem, geeft die ons aan wat de diepere betekenis is van
onze ‘fout’ en kunnen we vanuit vergeving naar onszelf en de ander of de omstandigheid
gaan kijken.
Dan is de Genade geboren, die al die tijd op ons wachtte en
is ons verleden een heilzame leerweg gebleken.
Hieronder wil ik in grote lijnen deze weg uiteenzetten.
Aanwijzingen en
aanknopingspunten voor het lezen en bestuderen van de Cursus in Wonderen (CIW).
Inleiding.
Uitgangspunt bij het lezen en bestuderen van de Cursus is dat de CIW niet een ‘normaal’ studieboek is waar je iets leert, maar de bedoeling van de CIW is dat je iets ‘ontleert’.
Het vraagt van ons om een geheel gedachtestelsel los te
laten, dat erop gebaseerd is dat jij je als ego-persoonlijkheid indentificeert
met dat je een lichaam c.q. persoonlijkheid bent, die zich afgescheiden van
alles staande houdt in een wereld van tekort en aanval en geweld. Dit afgescheiden
wezen wordt geboren, heeft een aardse overlevingstocht en sterft.
Dit gedachtestelsel oftewel het ego is een illusie en
weerhoudt ons om in contact te komen met wat onze werkelijke Identiteit is
namelijk een onsterfelijk geestelijk wezen (Zoon van God) verbonden in Eenheid
met Zijn Schepper, verbonden met God.
De CIW heeft niet als bedoeling om te informeren maar om te transformeren. De gehele opzet is erop
gericht om dat deel van onze (denk)geest, dat zich met bovenstaand
gedachtestelsel heeft geïndentificeerd om te zetten, te transformeren naar een
totaal andere visie op de Werkelijkheid.
Het is een spiritueel boek, geen theologische verhandeling,
het legt de nadruk op toepassing in plaats van theorie en op ervaring in plaats
van theologie. (Voorwoord.ix). En voorts: ’ Een universele theologie is
onmogelijk, maar een universele ervaring is niet alleen mogelijk, maar zelfs
noodzakelijk’ (VvT.In.2.5.)
Het Cursusboek bestaat uit drie delen;
De Cursus behandelt universele spirituele thema’s. Jezus als
auteur van de Cursus benadrukt daarin dat het slechts één versie van de
universele leerweg is. ‘Er zijn vele andere, en deze verschilt alleen in vorm.
Zij leiden uiteindelijk allemaal tot God’ (Voorwoord ix).
1)
Het Tekstboek , dit is grotendeels
theoretisch van aard en zet de concepten uiteen waarop het denksysteem van de
Cursus in gebaseerd. Deze ideeën bevatten de grondslag voor de lessen van het
Werkboek. Het is de theorie van het tekstboek en de praktische toepassing van
het Werkboek die het geheel tot een concensieus en uniek transformatie-werkboek
maakt.
2)
Het Werkboek bevat
365 lessen, één voor elke dag van het jaar.
3)
Het Handboek voor Leraren, dat in een vraag-en-antwoordvorm
is geschreven, geeft antwoord op enkele van de meest voor de handliggende
vragen. Het bevat tevens een verklaring van een aantal termen die de Cursus
gebruikt.
Tenslotte wordt in het voorwoord opgemerkt: “De Cursus
pretendeert niet ultiem te zijn en evenmin zijn de werkboeklessen bedoeld om de
leerweg van de student tot een voleinding te brengen. Aan het eind wordt de
lezer overgelaten aan de zorg van zijn of haar eigen Innerlijke Leraar, die
heel het verdere leerproces zal leiden zoals Hij het juist acht.”
1 Aanwijzingen bij het bestuderen van de CIW.
De Cursus in Wonderen houdt in dat je een student bent van een Cursus en dat betekent dat je studeert.
Studeren bestaat uit een serieus, gedetailleerd onderzoek naar iets Het veronderstelt lezen en opnieuw lezen.
Het veronderstelt discipline en een doorzettingsvermogen om
steeds opnieuw een zienswijze te willen onderzoeken die weerstand oproept voor
je ego-persoonlijkheid en zogenaamde
risico’s vraagt, doordat het de zienswijze hoe jij jouw wereld ziet, op
z’n kop zet.
Het studeren en deze theoretische benadering geeft de indruk
van een ‘intellectuele trip’ en dat deze je weghoudt van een ‘universeel’
ervaren waar de Cursus je naartoe zou leiden.
De rol van studeren.
Echter de Cursus maakt geen onderscheid tussen voelen en
denken, ofwel het Hoofd en het Hart en ziet deze niet als tegenstelling, maar
als een eenheid.